“Een tocht met een missie”                                          oktober 2010                                                      

 

Na in 2008 een geslaagde reis en klim naar de Kilimanjaro in Afrika te hebben ondernomen werd al snel duidelijk dat er een nieuwe uitdaging zou worden aangegaan.

Er lagen meerdere opties. Zo was de Macchu Pitchu in Peru in beeld maar door de geringe hoogte (4000 mtr.) zochten we toch een grotere uitdaging.

Eerst werd er geïnventariseerd wie er mee wilden.

De Kiligangers zijn benaderd met uiteraard de groep Beemster.

Uiteindelijk resteerden een vijftal te weten: Fred van Stegeren, Ger Weel, Jan de Boer, Leo Schagen en ondergetekende.

Fred vanuit de Kili groep, Jan wilde een uitdaging en de andere 3 Beemster Kiligangers.

In de periode na Afrika is er goed doorgetraind met wisselende samenstelling zo liep Sjaak Tuyp (ook klasgenoot op de basisschool) vrijwel altijd mee.

In januari 2010 werd besloten om naar Nepal te gaan. Het Himalaya gebergte heeft voldoende uitdagingen en uiteraard de Mount Everest in het Gokyo district met zijn 8848 mtr. als hoogste berg ter wereld is een bezoek waard. Ger was daar eerder geweest en kon boeiend vertellen over dit land en wist ook een uitdaging die we zouden aankunnen op voorwaarden dat we de training opvoerden.

Er werd contact gezocht met Rob en Yvonne Kolber die met hun organisatie “Sponsortrek” al vele malen naar het bergachtige Nepal waren afgereisd. Sponsortrek is geen reisburo maar zij brengen ons in contact met hun projecten, waarvoor wij later een sponsoring zouden kunnen doen. De tocht hebben wij bij Iceland Trekking in Nepal geboekt.

Yvonne en Rob  hebben ons aangeven wat we konden verwachten en dit is een belangrijke bijdrage geweest voor de toch wel intensieve tocht.

De groep zou uit 5 man bestaan en de eerste voorbereidingen werden getroffen.

Hoe anders zou het lopen. Ger gaf in februari aan in een vervelend traject te zitten.

Zijn gezondheid liet te wensen over en hij wachtte op een uitslag. Deze was niet goed.

Het lopen ging hem zwaar en hij maakte zich ernstig zorgen.

We kortten de training in maar al snel zagen we dat het veel ernstiger was dan we eerst vermoedden.

Op 27 april 2010 is Ger overleden na een kort maar hevig ziekbed.

Wat nu? In de geest van Ger besloten we door te gaan met de voorbereiding.

Het was zoeken naar de juiste motivatie maar in de wetenschap dat Ger het zo zou willen gingen we er nog steviger tegenaan.

Zo werd de Klimduin in Schoorl in de weken voor vertrek regelmatig bezocht en pas na 15 keer op en af in een actie kregen we het gevoel dat het wel goed zat met de conditie.

Fred trainde op zijn eigen houtje op de reizen die hij in die periode maakte.

De reis was inmiddels geboekt en de adviezen van Rob en Yvonne werden opgevolgd.

De vertrekdatum werd 01 oktober.

Voorbereiding, zweetdruppels!

 

01 oktober vertrek en aankomst op de 2e .

Een comfortabele comfort-class vlucht met een 737 van Arke en na een tussenlanding op Bahrein, met veel glitter en glamour, veilig geland op Kathmandu Airport Nepal op 1350 mtr. hoogte.

Hier het tegenovergestelde.

Oude loodsen als ontvangsthal en uren in de rij voor een 50 daags visa en paspoortcontrole.

Uiteindelijk naar buiten met nog 40 kilo extra bagage die Rob had meegegeven voor het weeshuis voor gehandicapten waar we later een bezoek zouden brengen.

Tendy Sherpa en Kalden Sherpa (42) onze gids voor de komende weken, van de organisatie stonden paraat om ons naar Hotel “Moonlight” te brengen.

Het was me de stad wel, veelal smalle straten met rond toeterende Suzuki’s en talloze lichte motoren.

Overal koopwaar en aanklampende verkopers om vooral te laten weten wat we zouden mislopen wanneer we hun waar niet kochten.

Wij hadden andere zaken aan ons hoofd en het was goed overnachten na een uitstekend welkomstmaal aangeboden door Iceland Trekking.

nog 12 uurtjes vliegen...............

Klaar voor vertrek

en daar ligt Kathmandu

en klaar voor de landing te Kathmandu

 

03 oktober

Goed geslapen en na een stevig ontbijt de financiën afgewikkeld: op naar Lukla met binnenlandse vlucht op 2800 mtr.

Uren wachten voor vertrek en de tijd doden met het kijken naar mensen. Toeristen maar ook veel lokalen, dit is geweldig, het krioelde van bezigen die bagage en tickets meesleepten.

Na enkele uren eindelijk een 16 persoons 2 motorig toestel in de kleur groen. Dit gaf vertrouwen.

Zonder radar uitsluitend op zicht vliegen met de nodige turbulentie tussen bergtoppen door richting Lukla.

Deze “postzegel” met slechts  één landingsbaan van een paar honderd meter staat bekend als het meest onveilige vliegveld ter wereld.

Waar de vlucht nog redelijk verliep was de landing spectaculair.

Een “harde” landing met slingerende bewegingen en gierende remmen op het einde van de sterk oplopende baan af. Dit was een rotswand. Waar recent nog een vlucht met Duitsers op verongelukte.

Mijn conclusie was dat het statistisch dan ook onmogelijk kon zijn dat we het niet zouden redden.

En ja hoor we stonden op tijd stil. Een Japanse schone van 25 kneep tijdens deze landing wel heel hard in m’n hand en zag nog lijkwit toen ze het toestel uitstapte en we via een “handgewezen”route naar de ontvangstkooi liepen om de propellers te ontwijken.

Een stevige lunch in de nabijgelegen lodge met zicht op de landingsbaan deed ons bijzonder goed en hier werd ook kennis gemaakt met de 3 porters te weten: Ang Kaji Sherpa (24),     Lakp Sherpa oftewel Smiley (30) en de zoon van Kaldan, Chhonga Sherpa (18).

De dragers met volle bepakking vooruit en wij vieren met de gids Kaldan op naar het 3 uur verder gelegen Phak Ding op 2610 mtr.

Afstanden worden in Nepal niet in km maar in tijd aangegeven. Uiteraard waren het gemiddelden maar het klopte vrijwel altijd.

De eerste overnachting in een lodge met beperkingen en het zoeken naar het juiste eten vanaf de menukaart was even wennen maar je paste je aan naar de gewoonten van het land.

Op pad    De Yaks onderweg

 

04 oktober

06.00 uur op een stevig ontbijt en op naar Namche Bazar op 3440 mtr. de temperatuur s’morgens 10oC

We gaan het National Park Sagarmatha in waar de lunch wordt genuttigd.

Om 14.15 uur arriveren we in Namche na een stevige tocht over door nog altijd groen en bomen. Volgens Kalden een van de zwaarste etappe’s maar dit meer door de onwennigheid er zouden nog vele zware volgen.

 

  

 

05 oktober.

“Rust en acclimatiseringdag” richting Thame op 3800 mtr.

Fred heeft hoofdpijn en blijft in Namche dit is naar later blijkt een slecht voorteken want juist deze dag zou in de aanloop naar grotere hoogten belangrijk zijn.

De route via de hoofdweg (smal, vaak onbegaanbaar pad) naar Tibet wat nog 7 dagen lopen is. Veel Tibetanen trekken zomer’s naar Namche met koopwaar als kleding en sierraden. De lokale kooplui zien dit als een bedreiging door lagere prijzen en een overvloed aan koopwaar.

We lunchen op een “tal” dit is vlak plateau van 1 ha met gewoon gras.

Daar werden yak hopen gekneed en geplet tegen een muur geplakt waarna drogen en dit is brandstof voor in de potkachel.

De bergen werden grimmiger en beekjes zo af en toe woeste stromen.

Terug in Namche bleek deze “rustdag” meer als een wandeltochtje.

De inwoners van Namche Bazar en hoger gelegen dorpen wonen ’s winters in Kathmandu en een enkeling blijft het dorp bewaken en de dieren voeren.


Yakmelk is zeer voedzaam en wordt ook in de thee gebruikt

 

06 oktober.

Om 07.30 uur direct steil omhoog naar 3800 mtr. boven gekomen een luid geraas van een 1 motorig vliegtuigje bezig te landen op een grasbaan van een paar honderd meter met uitsluitend goederen. In de nabijheid stond een grote rupskraan die in onderdelen was aangevoerd en is ingezet om de landingsbaan aan te leggen.

Het opstijgen leek na een aanloop wel een “val” maar het ging goed.

De klim werdt vervolgd en na korte tijd boven gekomen vol in beeld drie besneeuwde toppen.

De Lhotse 8501 mtr. de Nuptse 7896 mtr. en jawel de Everest 8848 mtr. in volle glorie.

Voor het eerst goed in beeld en machtig om te zien het is tenslotte de hoogste berg ter wereld.

Waar we stonden was het volop zon maar toch kon je de kou al voelen.

De hoofdpijn speelde Fred steeds meer parten en de zorg hierom telkens groter er was vrijwel geen kans meer om tot rust te komen en medicijnen zijn slechts een lapmiddel.

Hierna daalden we enige honderden meters en kwamen we in een schitterend dorp, Khum Jung. Hier zowaar een sportaccommodatie met voetbalveld.

Weer verder klimmen naar Mungla op 3973 mtr. Kaldan wees ons op een route binnendoor die 20 minuten in tijd zou besparen.

Dat hebben we ervaren. Loodrecht klimmen langs diepe afgrond met losse stenen op paadjes van 30 cm breed,dit was de absolute grens. Een misstap en je ging honderden meters vrije val.

Een ervaring op zich.

Na de lunch in Mungla nog ruim een uur afdalen naar 3600 mtr. tot Phortse Thanga.

Dit dalen is bijzonder welkom i.v.m. een opkomende hoofdpijn.

In de lodge aangekomen een kop Black tea en zowaar een “hot shower” dit was een emmer warm water met een gieter, maar voelde als een bad.

Drinken moet je op deze hoogte veel, wel tot drie liter thee of water per dag.


 

07 oktober.

Het slapen ging matig door de hoogte maar je rustte toch goed uit na een goed ontbijt vol goede moed om 08.00 uur in 4 uur naar het op 4100 mtr. hoog gelegen Dole nagenoeg zonder problemen.

We passeren de boomgrens in een afwisseling van zon en wat bewolking.

Tot onze verbazing bereikten we Dole al binnen 2,5 uur.

Dit was het resultaat van training, goed acclimatiseren en lopen in een verstandig tempo.

Fred is nog niet de oude maar lijkt op te knappen.

Zo zitten we op 4100 mtr. voor de lodge in het zonnetje en zien van alles langskomen.

Vooral de zwaar beladen yaks vallen op, ze worden ruiger en zijn voorzien van solide beenwerk.

Morgen naar Marchermo 4470 mtr.

 

  

08 oktober.

Opnieuw weinig geslapen in een lodge waar de voorzieningen hoe hoger je bent telkens minder worden.

Op weg naar Marchermo geweldige uitzichten en gids Kaldan is een meester in bescheidenheid en schikt zich naar onze wensen. Slechts op vragen heeft hij antwoorden en adviezen.

Heel veel gefilmd in deze etappe die ons uiteindelijk bracht naar een schitterende lodge waar we rond 11.00 uur arriveerden.

De hele middag om je plunjebaal eens door te struinen en je dagrugzak op orde te brengen.

De nachten maar ook overdag werd het alom kouder en extra kleding, handschoenen en pet waren nodig.

Hier wel een comfortabele kamer.

Het Rode Kruis heeft daar een gezondheids centrum waar voorlichting werd gegeven over hoogteziekten met duidelijke tips en adviezen. Voor een kleine vergoeding werd je hartslag en zuurstof gehalte in je bloed gemeten. Met een hartslag van 76 en een HB van 88% zat het wel goed en zo voelde ik mij ook.

Geen hoofdpijn of andere ongemakken en mijn voeten, waar ik het afgelopen jaar behoorlijk in had geïnvesteerd, bleven perfect in orde.

De kleuren van de Nepalese vlag kwamen zowaar overeen met die van Beemster.

In de volgorde: Blauw, wit, Rood, Geel en groen. (lucht, wind, vuur, aarde en water).

 

09 oktober.

Rond 08.00 uur vertrek na slechts enkele uren slaap maar goed uitgerust en dus topfit op weg naar Gokyo.

Een schitterende etappe van 4 uur met vergezichten en een eerste uitzicht op de Choyo gletsjer.

Ook zicht op de top van de Gokyo Mount 5483 mtr. welke we morgen gaan beklimmen.

In de namiddag nog even een bergje van 150 mtr. naast de lodge gedaan wat daarachter lag was ongelooflijk.

Oog in oog met de Choyo gletsjer bedekt met een laagje gruis en stof met daaronder uitsluitend sneeuw, ijs en ondergrondse meertjes.

Voortdurend hoor en zie je vallende stenen en afbrokkelend ijs in ijsblauwe meertjes en holtes verdwijnen. Deze ijspoelen veranderen voortdurend van grootte doordat het water wegloopt in ondergelegen ijsgangen.

Deze gletsjer beweegt in een geschat tempo van 12 mm per jaar en baant zich een weg door de Himalaya alles meeslepend ook de berg waarop ik sta is in de lengterichting totaal gehalveerd. Een ongelooflijk natuurverschijnsel.

De lokale lodge eigenaar verteld later dat naar verwachting zijn lodge en de andere gebouwen in het dorp evenals de schitterende drie Gokyo meertjes over een 40 tot 70 jaar geheel worden opgeslokt door de al eeuwen voortglijdende gletsjer.

Dit doet mij denken aan de documentaire van Al Gore en uitspraken van milieugroeperingen die onze auto’s en industrie aanwijzen als schuldig aan de opwarming van de aarde.

Totale onzin! Wellicht zal er een geringe bijdrage zijn van de welvaart. Maar dit eeuwenoud natuurgeweld is een logische nasleep van de vorige ijstijd.

Uiteindelijk zal dit geweld weer worden “bevroren” en wel op het moment dat we een nieuwe ijstijd tegemoet gaan. Het is een proces van eeuwen.

 

  

10 oktober.

Vandaag de klim naar de top van Gokyo Ri 5483 mtr.

Vanuit de lodge oogt de berg vriendelijk met wat groen en rots geen bomen.

Het is meteen steil bergop en dit zal niet meer veranderen. In een laag tempo, goed aangekleed in de vrieskou de Jack Wolfskin en handschoenen testen  Zodra de zon erbij komt kan de jas weer uit mede door de inspanning.

Al snel geeft Fred aan niet verder te kunnen hij was nog altijd niet optimaal en de hoofdpijn doet hem de das om. Waar we al langer bang voor waren Fred geeft op.

Wij klimmen in een superlaag tempo verder en na een kwartier roept Kalden dat Fred weer in beeld komt en toch verder klimt.

We wachten hem op en Fred die nimmer zijn humor zal verliezen geeft aan dat hij de “hoon” niet aan zou kunnen. Kennelijk heeft een pilletje en de chocolade hem weer energie gegeven.

Hoe hoger we kwamen zagen we telkens meer gelijkenis met de Kilimanjaro vooral de laatste honderd meter met uitsluitend steile rots.

Voltallig bereikten we top.

Dit was de moeite meer dan waard. Rondom bergen waarvan de achtergelegen met een sneeuwkap pontificaal in beeld de Lothse en de Everest een machtig gezicht.

Vanaf hier kon je nog beter zien wat de gletsjer deed, slingerend tussen de bergen door, een spoor van vernieling. Duidelijk was te zien dat de lodge beneden, een stipje, en de meertjes ten prooi zullen vallen aan deze stroom van sneeuw, ijs, water en meegesleepte rots.

De afdaling was zeker zo zwaar als de klim en voortdurend moest je bijsturen om veilig beneden te komen.

Na de lunch ben ik opnieuw de bergkam op gelopen om te constateren dat de meertjes van gisteren deels waren verdwenen of een stuk groter zijn geworden.

Everste met Lhotse

 

11 oktober.

Uitslapen na de vermoeienissen van gisteren. Rond 09.00 uur vertrek zonder Fred.

Fred neemt een wijs besluit en gaat met drager Ang Kaji Sherpa naar beneden.

Hoogteziekte dien je niet onderschatten. Het kan ieder overkomen wat dat betreft is het net als zeeziekte. De gevolgen kunnen ernstig zijn met de dood tot gevolg als je niet tijdig en snel genoeg afdaalt.

Nu er een drager minder is komt het goed van pas dat de zoon van Kalden, Chhonga Sherpa, stage liep op deze tocht. De bagage kon nog altijd verdeeld worden meegenomen.

Wij steken vandaag de Ngoz un Zumba gletsjer over deze is 1500 mtr breed en gaat over een ondergrond van steen en gruis met daaronder de eerder genoemde sneeuw en ijsmassa.

Spectaculair zijn de ijsmeertjes waar we vlak langs lopen en je krijg het gevoel dat er zomaar een deel kan instorten.

We bereiken veilig de overkant en rond 12.00 uur bereiken we Thang Nag op 4700 mtr.

We waren getuige van een actie van een reddingsheli die een gewonde ophaalde en je wist dat er weinig voor nodig was om hetzelfde mee te maken. Je diende voortdurend scherp te zijn en iedere stap gecontroleerd te maken.

Morgen de Cho-La pas 5368 mtr.

 

  

12 oktober.

Op naar Dhong Lha 4800 mtr via de Cho-La pas.

’S morgens om 00.05 uur op en eerst een stevig ontbijt wat nog altijd bestaat uit twee geroosterd brood met evenzoveel soorten jam en ook twee grote kommen black tea met suiker.

Om 00.06 uur beginnen we aan  de klim over de Cho-La pas met een top van 5420 mtr. er ligt een laagje vers gevallen sneeuw van 3 cm.

Het is direct klimmen wat door de sneeuw niet ongevaarlijk was, rots bedekt met sneeuw is een prima ondergrond om eens goed onderuit te gaan, dus scherp en alert bij iedere stap.

De koude spoort je aan om stevig door te lopen waardoor je met handschoenen en warme pet goed op temperatuur blijft.

Alles loopt voorspoedig waardoor we na een hele zware klim zo rond 11.00 uur al boven zijn.

Het laatste stuk nog opnamen gemaakt met de hoofdcamera dus de handen vrij en goed draaien met je hoofd want je ziet niet wat je filmt. Wel je handen vrij wat beslist nodig is op de steile gladde rotsen. Vooral het laatste stuk is ongelooflijk steil en zwaar.

Boven gekomen vergoed het uitzicht veel en ondanks de hoogte een goed gevoel rustige hartslag en voldoende lucht. Eens te meer een bewijs dat een goede voorbereiding goud waard is.

Rond 15.00 uur arriveren we in Dhong-La. De lodge viel tegen een dunwandig houten “bijgebouw” met een bedompte slaapzaal twee lagen op de lange regel tussen een achttal Japanse dames van wat oudere leeftijd. Het zou kruipdoor sluipdoor worden als er ’s nachts iemand uit moest. Maar er was een alternatief: twee tentjes in de buitenlucht, die keuze was snel gemaakt.

Jan en Leo in de ene en ik alleen in de andere alle ruimte dus.

Een paar extra matrassen verzameld en nog een yak dekbed, geweldig, perfect geslapen met een buiten temperatuur van zo’n 10 graden C.

 Op naar de Cho La!

 

13 oktober.

Een onvergetelijke dag, waarover later meer. Rond 07.30 uur op weg naar Jalouche bleek dat alle lodges volgeboekt waren. We besloten de volgende etappe er maar aan vast te koppelen.

Hier moesten we enkele gletsjers oversteken het was afwisselend klimmen en dalen en behoorlijk vermoeid kwamen we rond 15.00 uur in Gorak Shep aan op 5180 mtr.

Hier zowaar een GSM mast. Dus de mobiel aangezet en het was meteen raak: 18 berichten van zoon Bas. Dat kan maar een ding betekenen dus meteen terug gebeld. Een kleinzoon en  stamhouder, Gijs genaamd, een mooi bericht moeder en kind gezond.

Meteen ook zoon Jip een trotse oom en Evalien een niet minder trotse oma gebeld wel een “vreemd”gevoel zo hoog en ver. Het werd net geen heimwee en we zouden er later een op nemen. Nog even contact met Fred gezocht maar die blijft benenden zoals het er naar uitziet zien we hem pas weer in Lukla of zelfs Kathmandu.

Morgen een bijzondere missie.

 

14 oktober.

Om 08.00 uur op weg naar Base-Camp Mount Everest die, hoewel de top niet in het zicht,

wel de meest aansprekende berg van onze onderneming is geweest. Opnieuw een rotsachtige bodem in aanvang langs een smal pad maar later een grotere open vlakte. Dit is het punt waar het echte werk begint voor ervaren klimmers. Hiervoor hebben we niet gekozen en dat we geen zuurstofflessen bij ons hadden was niet de enige reden om via de “zone des doods” op 8000 mtr. met slechts 33 % luchtdrukniveau waardoor dus ook 1/3 zuurstof in de ijle lucht naar het dak van de wereld te klimmen.

Op base-camp, 5364 mtr., wordt het 1e kamp opgeslagen om s’werelds hoogste bergtop met een hoogte van 8848 mtr. te bereiken voor ons een gedenkwaardige plek.

Met in gedachten dat Ger deze route ook heeft gelopen zeker een bijzondere tocht door de missie die we ons zelf, mede op verzoek van Mariette, hebben opgedragen.

Aangekomen op base-camp 5364 mtr. een bijzondere ceremonie. We hebben van Mariette een buisje met as van Ger meegekregen dit hebben we met passende tekst uitgestrooid over base-camp.

Best een emotioneel moment in de wetenschap dat Ger hier anders gewoon bij zou zijn geweest.

Wellicht door dit alles kwamen we zwaar vermoeid maar toch voldaan terug in de lodge in Gorak Shep waar we opnieuw zouden overnachten.

Morgen een zware klim.

 

15 oktober.

Om 07.30 uur de klim naar de top van de Kala Pattar (zwarte rots) op 5550 mtr. een lekker zonnetje en in aanvang een “milde” klim als het over de bodem gaat. Een goed begaanbaar pad maar wel een behoorlijk stijgingspercentage. Hoe hoger je kwam er waren ook hier telkens meer gelijkenissen met de klim in Afrika.

Het steile laatste stuk over telkens grotere rotsblokken waar je goed moest kijken welke stap je maakte om er geen te doen verschuiven. Dan op een 150 mtr. van de top een opkomende mist die alle zicht boven zou ontnemen om nog goede opnamen te kunnen maken.

Dus een “sprintje”ingezet wat eigenlijk nog best lukte. Dit was voor mij het bewijs dat je door een goede voorbereiding veel reserve op kunt bouwen zeker gezien het snelle herstel.

De top gaf een machtig gezicht op de mount Marie die vanaf een pas ingericht tentenkamp op Base-camp Everest door een expeditie  werd beklommen. Je kon op het volgende kamp de Bulgaarse klimmers zich moeizaam zien voortbewegen terug naar kamp 1.

De wind was stevig met temperatuur van -8 graden en deze klim ging nog maar naar 6400 mtr.

We konden wel goed filmen en foto’s maken het was tenslotte het hoogste punt van onze reis het wolkenspel rond de top van de Everest was fascinerend Leo gaf aan dat de wolken die letterlijk tegen de top botsten mogelijk zware sneeuwval veroorzaakten.

Voor ons begon hier ook de afdaling die we in drie dagen zouden doen vandaag dalen tot 4900 mtr. naar Labouce. Deze lodge zal ik maar snel vergeten dit was wel de allerminste met wel een redelijke slaapplek maar een erbarmelijk sanitair.

 

16 oktober.

Afdalen naar Tengboche op 3860 mtr. per saldo dus 1040 meter lager en weer onder de boomgrens. Het groen is volop aanwezig en dan voelt alles weer anders.

Ook de eerste dag met een lichte regen waardoor de paden glad en glibberig.

Afdalen is vaak zwaarder als klimmen mede doordat het tempo omhoog gaat en een misstap is sneller gemaakt. Ook is het meer draaien en keren en je voet zit voorin je schoen waardoor kans op blaren of slijtplekken. Hier komt het aan op goed passende schoenen die dit voorkomen. Dan zijn er ook nog je kniegewrichten die voortdurend aanslagen krijgen door je lichaamsgewicht. Voordeel is dat je de zuurstof tegemoet loopt waardoor meer energie.

Al met al zat er een goed tempo in en al snel zag je het einddoel voor die dag maar die werd pas bereikt na een bijzonder steile klim van 400 mtr.op een glibberige ondergrond.

De lodge was van goede kwaliteit met een goede slaapplek.

Ook stond hier een Boeddhistische tempel een van de grootste in de wijde omgeving.

Er zaten een 60 tal monniken gehuisvest van alle leeftijden in traditionele kledij compleet met sandalen.

Twee keer per dag een gebedsronde van 3 uur waarbij een onverstaanbaar zangerig geprevel afgewisseld door de hoofdmonnik die met enige stemverheffing een nieuw hoofdstuk begint.

Plots een korte stilte gevolgd door een orkaan van geluid met toeters, bellen, hoorns en slaginstrumenten in de prachtig beschilderde gebedsruimte met vele kaarsen en een meters hoge Boeddha.

Bezoekers mochten plaatsnemen in de Boeddhahouding op de kale vloer. We zaten hier je toch al stijve botten te testen en filmen was ten strengste verboden foto’s maken was wel toegestaan. Het moment dat Leo met zijn fototoestel een filmpje maakte deed een kolossale monnik in stille woede uitbarsten en vervolgens verloor hij Leo geen seconde uit het oog.

Na ruim een uur hadden we het wel gezien en stram en stijf naar buiten na eerst nog een bijdrage in het offerblok.

Tijd voor een bijzonder goede maaltijd met een eerste biertje na weken. Dit smaakte uitstekend gevolgd door een hele goede nachtrust.

 

17 oktober.

Om 07.30 uur verder afdalen naar Namche Bazar de plaats waar we op de heenweg twee dagen verbleven. Door laaghangende bewolking en lichte regen een ongezellige etappe van ruim 6 uur dalen op gladde ondergrond van regen en Yak uitwerpselen. Die geur hangt bij windstilte overal, alles en iedereen ruikt ernaar dus valt het bijna niet op.

Duidelijk werd dat we Fred niet eerder als in Kathmandu zullen ontmoeten, zelfs Lukla was nog te veel van invloed op zijn gestel en Fred zou Fred niet zijn als hij zijn eigen oplossing niet zou organiseren. Gewoon wat wapperen met euro biljetten en de deur van een heli opentrekken en zitten. Dan sta je een uur later op 1700 mtr. in Kathmandu.

We waren op de hoogte dat er weinig tot geen vluchten konden worden gemaakt door aanhoudende mist.

Hierdoor ontstond er een wachtlijst waar je maar beter dicht bij kon zijn om enige invloed te kunnen uitoefenen op een vlucht.

Na overleg besloten we de volgende twee etappes op een dag te doen.

 

18 oktober.

Op tijd starten  met goed weer en het vizier op Lukla. De route was lang maar goed te doen door tijdig te rusten en goed eten zou deze laatste etappe geen probleem meer zijn.

Onverwacht snel bereikten we Lukla waar het behoorlijk druk was.

Dit doordat er een achterstand was in vluchten naar Kathmandu en er beperkt werd gevlogen door hardnekkige mist.

We overleggen met Kandal en de hotelbaas voor een vroegere vlucht maar dit lijkt niet te gaan lukken.

Onze reguliere vlucht is op 20 okt. en die zal het wel worden. Dit is eigenlijk ook geen probleem we kunnen wat bijkomen van de toch wel zware laatste dagen en goed eten en slapen in de lodge op zo’n 20 mtr. pal naast het vliegveld.

Ook een biertje gaat er goed in met de gedachte dat er geen zware inspanning meer hoeft te worden geleverd.

Kalden, die inmiddels uitstekend heeft leren klaverjassen, dacht daar anders over.

 

19 oktober.

Een “vrije” dag. Kalden nodigt ons uit om een wandeling te maken in de omgeving van Lukla met o.a. een bezoek aan het plaatselijke ziekenhuis.

Als echte wandelaar ga je natuurlijk mee, deze zal ik niet snel vergeten.

Het was door een zonnetje vrij warm maar dat was niet de reden dat dit een uitputtingsslag was, althans voor mij.

Ik denk dat ik het vizier al op “klus geklaard” had staan de hoogste berg was niet zo vermoeiend als deze op het oog eenvoudige wandeling.

Dit was ook de dag dat we afscheid namen van gids Kandal en de dragers Ang Kaji, Lakpa en Chhonga. We boden ze een afscheidmaal vergezeld van de gebruikelijke fooien.

Dit deden we royaal zij verdienden dit onmiskenbaar.

 

 

20 oktober.

Het zicht was inmiddels helder en de vluchten lagen weer op schema.

De laatste dag van een enerverende trektocht door het Hymalaja gebergte. Je gedachten gingen meer als de vorige dagen naar huis wel eerst nog enkele dagen in Kathmandu “potverteren”.

Een voorspoedige vlucht en op het vliegveld opgewacht door Tendy Sherpa die de taxi naar Hotel Moonligt regelde.

De binnenplaats opgelopen en jawel, daar zat Fred met een krantje en een biertje in de zon als een verwende toerist ons op te wachten. Hij leek voldoende hersteld en de verhalen kwamen los. Eerst maar de stad in voor wat eten en drinken opvallend waar je ook liep iedereen kende Fred. Dit kwam goed van pas want de meest opdringerige souvenir venters waagden het niet je aan te klampen, één blik van Fred was voldoende om af te druipen.

Slechts een enkeling wist wat sieraden en, na lang onderhandelen, een geweldig uitziende blokfluit aan te smeren waar thuis met een luchtcompressor nog geen noot uit te halen was.

S’avonds nog een afscheid-diner aangeboden door de organisatie als afsluiting van de enerverende reis.

 

21 t/m 23 oktober.

We hadden nog drie dagen voor de terugvlucht die we vrij konden invullen.

Als eerste was daar een bezoek aan Durbar Square ofwel Koningsplein dit staat op de werelderfgoedlijst met z’n 50 tempels waarvan de meeste 3 tot 4 eeuwen oud en veelal afgewerkt met houtsculpturen.

Ook bevindt zich hier het oude Koninklijk paleis.

Het plein is een komen en gaan van toeristen, straatverkopers, bedelaars en Pelgrims.

Het wemelt er van de duiven, alles onder schijtend, en daartussen een enkele koe.

De staat van onderhoud is bizar te noemen en naar Beemster begrippen Werelderfgoed onwaardig waarbij ik mij afvroeg of wij niet te ver doorschieten in bescherming van ons cultureel erfgoed.

Ook brachten we een bezoek aan de Swayambhuntah Stupa oftewel de Monkey tempel.

Behalve dat deze bevolkt wordt door talloze apen, verkopers en toeristen ligt deze tempel boven op een berg welke uitsluitend te bereiken is via een lange loodsteile stenen trap.

Bovengekomen was ik, mede door de hitte, de uitputting nabij.

Dit deed mij beseffen dat niet de wandeling in Lukla en de klim naar deze Stupa onmogelijk zwaar waren. Ik begon te begrijpen dat ik door de inspanning van de afgelopen weken, hoewel zonder problemen, aan mijn reserves bezig was en dat dit de signalen waren.

Ook bezochten we het “nieuwe” Koninklijk paleis welke in 2009 voor een groot deel is heropend als museum.

Het gebouw werd hiermee teruggegeven aan het volk nadat maoïstische rebellen onder leiding van premier Pushpa Kamal Dahal, alias Prachanda, een vredesakkoord hadden gesloten met de voornaamste politieke partijen in Nepal. Hiermee werd in mei 2008 ook de 240 jaar oude monarchie van Nepal afgeschaft.

Vanaf 1951 was Tribhuvan koning, hiermee kwam een einde aan de macht van de Rana familie die sinds 1846 de lakens uitdeelde in Nepal.

Tribhuvan’s kleinzoon, Gyanendra, werd op 4 juni 2001 voor de tweede keer koning nadat zijn broer, koning Birendra, op 1 juni van dat jaar door  kroonprins Dipendra in het koninklijk paleis met nog andere familieleden werd doodgeschoten.

Diprenda schoot zichzelf door het hoofd werd naar het ziekenhuis gebracht en tot koning uitgeroepen maar overleed op 4 juni.

De slachtpartij gebeurde onder invloed van drank en drugs en de ruimten waar dit gebeurde zijn nu opengesteld voor het publiek en tussen de pracht en praal zijn vele afbeeldingen van staatshoofden te zien zo ook van ons Koninklijk huis. Wij als westerlingen kregen een VIP behandeling door een bedrag van € 5,- te betalen waar de lokale bevolking slechts 20 eurocent neerlegde.

Het was tijdens de rondleiding een bizar gevoel te weten dat nog geen 10 jaar terug dit alles zich heeft afgespeeld.

Fotograferen of filmen was ten strengste verboden en alle apparatuur ook telefoons moesten worden afgegeven.

Ook brachten we een bezoek aan de rivier Bagmati, welke uitmondt in de Ganges, waar in het openbaar lijkverbranding plaatsvindt het betreft hier Hindoestanen. Dit gebeurd op een 12 tal plateaus langs de rivier waar tussen de houtstapels de lijken worden gelegd en verbrand.

Vele bloemen worden rondgestrooid en stokers zorgen ervoor dat er zo weinig mogelijk overblijft.

De restanten worden na afloop de rivier in geschoven waarna de volgende ceremonie begint.

We kwamen op het juiste moment daar er een minister met veel pracht en praal en militair vertoon werd gecremeerd. In tegenstelling tot de gewone man die in een zak werd aangevoerd kwam deze in een luxe houten kist. 

De ceremonie duurde ongeveer 2 uur en nadat de beste man tussen en onder het hout werd bedolven en in brand werd gestoken namen enkele kinderen hun kans waar en voeren in de kist de rivier af.

De laatste dag brachten we een bezoek aan en van de grootste antieke stoepa’s in Zuid-Azie de Bouddhanath een boeddhistische tempel gebouwd op een oude handelsweg naar Tibet.

Deze staat ook op de UNESCO werelderfgoedlijst.

Het is jammer dat dit plein ook vergeven is van de straathandel met prullaria  daardoor komt dit monument niet tot zijn recht.

Na de annexatie van Tibet door China vluchtten veel boeddhistische monniken naar Kathmandu, waarna ze zich in de wijk Bouddah vestigden wat tegenwoordig niet voor niets “little Tibet wordt genoemd. In de directe omgeving zijn veel gompa’s (fortificatie/ versterking voor de boeddhistische leer) en kloosters te vinden en vele Tibetanen komen naar deze plek om Losar (Tibetaans nieuwjaar) te vieren.

Als laatste brachten we een bezoek aan een weeshuis voor gehandicapten dit project wordt omarmd door Sponsor Trek Nepal.

Sponsor Trek is vanaf 1994 actief en opgezet vanuit Nederland door o.a. Beemsterlingen Rob en Yvonne Kolber. Zij bezochten al jaren Nepal en op die tochten zagen zij de tekortkomingen in vooral de gezondheidszorg.

Zo zijn door sponsoring vanaf 1994 in Keronja en Gumda gezondheidcentra geopend door de activiteiten van Sponsor Trek gesteund door binnen en buitenlandse organisaties als “Wilde Ganzen”en “Save for Children”.

Speerpunt voor de organisatie is het project Nepal Rehabilitation Center in Kathmandu.

Foto Rob Kölber

Hier verblijven ruim 50 gehandicapte kinderen en 25 vrouwen die met door Sponsortrek betaalde computers en (trap)

naaimachines  een onderkomen hebben en kunnen voorzien in levensonderhoud.

Er zijn cursussen/ opleidingen van breien tot werken met de PC. Tendy Sherpa, de lokale vertegenwoordiger van Sponsor Trek Nepal, is coördinator en zorgt dat de giften en sponsoring op de juiste plaats terechtkomen.

Voor meer info over deze gerichte kortlijnige organisatie is het de moeite waard een kijkje te nemen op de website: www.sponsortrek.nl

Voor ons was het bezoek een mooie afsluiting van deze “Tocht met een missie”.

Na afscheid te hebben genomen van Tendy Sherpa en de toezegging dat we onze bijdrage vanuit Nederland via Sponsortrek aan dit project zouden doen, werden we naar de luchthaven gebracht.

 

  

De terugreis verliep voorspoedig na alle ontberingen lukte het zelfs te slapen in het vliegtuig.

Na de landing werden we door het thuisfront van Schiphol gehaald en het was goed thuiskomen.

Een week na thuiskomst het verwelkomen van nog een kleinzoon met Jip en Diana als trotse ouders van Rick (04 november 2010).

Nu eind december en het nieuwe jaar in het vooruitzicht zijn de herinneringen nog altijd bijzonder goed.

Ook is duidelijk geworden dat het een zeer zware tocht is geweest, minimaal 8 kilo kwijt en nog altijd niet het “goede “gevoel met lopen is mij duidelijk dat ik op deze tocht de absolute fysieke ondergrens heb bereikt.

Nu is mij ook duidelijk wat de oorzaak was van de vermoeidheid van de wandelingen op de twee laatste dagen.

Ik was daar kennelijk niet enige in, op de dag dat Fred zijn 65e verjaardag vierde gaf hij zijn wandelschoenen mee terug om deze bij Rob te brengen die zorg draagt dat deze weer terug gaan naar Nepal.

Alles bij elkaar maakt dat deze “tocht met een missie” een onvergetelijke is geweest.

Dank gaat uit naar het thuisfront de organisatie en niet in het minst mijn reisgenoten Leo, Fred en Jan.

 

Nico de Lange.                                                                                                          januari 2011